Praluent 150mg Opl Inj Voorgev.pen 2 X 150mg

Op voorschrift
Geneesmiddel
Niet op voorraad
Ja

Onze Leveringsmethodes:

Afhaling in de apotheek

Dit is een geneesmiddel, geen langdurig gebruik zonder medisch advies, bewaren buiten bereik van kinderen, lees aandachtig de bijsluiter. Vraag raad aan uw arts of apotheker. In geval van bijverschijnselen, neem contact met uw huisarts.

Geneesmiddelen zijn geen gewone producten. Ze kunnen nooit teruggenomen of geruild worden. De wet verbiedt apothekers om ongebruikte geneesmiddelen terug te nemen. In het belang van uw veiligheid worden alle geneesmiddelen die u terugbrengt naar de apotheek gesorteerd bij de vervallen geneesmiddelen.

Beschrijving

Werkingsmechanisme

Praluent (alirocumab) is een volledig humaan IgG1 monoklonaal antilichaam dat zich met hoge affiniteit en specificiteit bindt aan proproteïne convertase subtilisine kexine type 9 (PCSK9). PCSK9 bindt zich aan de 'low-density' lipoproteïnereceptoren (LDLR) op het oppervlak van hepatocyten om afbraak van LDLR in de lever te bevorderen. Omdat LDLR de primaire receptor is die circulerend LDL klaart, resulteert de afname in LDLR-concentraties door PCSK9 in hogere bloedconcentraties van LDL-C. Door de binding van PCSK9 aan LDLR te remmen, verhoogt alirocumab het aantal LDLR dat beschikbaar is om LDL te klaren, waardoor de LDL-C-concentraties worden verlaagd.

Klinische werkzaamheid

De werkzaamheid van alirocumab werd onderzocht in tien fase 3-studies (vijf placebogecontroleerde en vijf ezetimibe-gecontroleerde) bij 5296 gerandomiseerde patiënten met hypercholesterolemie (heterozygoot familiaal en non-familiaal) of gemengde dyslipidemie, waarbij 3188 patiënten naar alirocumab werden gerandomiseerd. Het merendeel van de patiënten in het fase 3-programma gebruikte als achtergrondbehandeling lipidenmodificerende therapie (LMT) bestaande uit een maximaal verdraagbare dosering statine, met of zonder andere lipidenmodificerende therapieën, en had een hoog of zeer hoog cardiovasculair (CV) risico. Twee studies werden uitgevoerd bij patiënten die niet gelijktijdig met een statine werden behandeld, waaronder één studie bij patiënten met gedocumenteerde statine-intolerantie.

Het primaire eindpunt bij elk van de fase 3-studies was het gemiddelde percentage LDL-C-verlaging ten opzichte van baseline tot in week 24, vergeleken met placebo of ezetimibe. Bij alle studies werd het primaire eindpunt gehaald.

In de 8 studies waarbij patiënten startten met het 75 mg regime elke twee weken, werd een gemiddelde verlaging van LDL-C bereikt, variërend van 44,5% tot 49,2%, in voorgespecificeerde analyses voor mogelijke titratieverhoging in week 12. In de 2 studies waarbij de patiënten startten met 150 mg elke twee weken en daarop bleven, was de bereikte gemiddelde LDL-C-verlaging 62,6% in week 12. Bij analyses van samengevoegde fase 3-studies waarbij ophoging van de dosering van 75 mg alirocumab om de 2 weken naar 150 mg alirocumab om de 2 weken in week 12 was toegestaan, resulteerde in de subgroep van patiënten bij wie deze ophoging plaatsvond in een additionele gemiddelde LDL-C-verlaging van 14%, bij patiënten met een statine als achtergrondbehandeling. Bij patiënten zonder statine als achtergrondbehandeling resulteerde ophoging van de dosering alirocumab in een additionele gemiddelde LDL-C-verlaging van 3%, waarbij het grootste deel van het effect werd waargenomen bij ongeveer 25% van de patiënten die een additionele LDL-C-verlaging van ten minste 10% bereikten. Patiënten bij wie ophoging van de dosering naar 150 mg om de 2 weken plaatsvond, hadden een hoger gemiddelde baseline LDL-C.

Samenvatting van het veiligheidsprofiel

De vaakst voorkomende bijwerkingen waren lokale reacties op de injectieplaats, verschijnselen en symptomen van de bovenste luchtwegen en pruritus. De vaakst voorkomende bijwerkingen die leidden tot stopzetting van de behandeling bij met Praluent behandelde patiënten, waren lokale reacties op de injectieplaats.

Er werd geen verschil in het veiligheidsprofiel waargenomen tussen de twee doseringen (75 mg en 150 mg) gebruikt in het fase 3-programma.

Effecten van alirocumab op andere geneesmiddelen

Aangezien alirocumab een biologisch geneesmiddel is, worden geen farmacokinetische effecten van alirocumab op andere geneesmiddelen en geen effect op cytochroom P450-enzymen verwacht.

Zwangerschap en borstvoeding

Zwangerschap

Er zijn geen gegevens over het gebruik van Praluent bij zwangere vrouwen. Gebruik van Praluent wordt niet aanbevolen tijdens de zwangerschap, tenzij de klinische toestand van de vrouw behandeling met alirocumab vereist.

Borstvoeding

Het is niet bekend of alirocumab in moedermelk wordt uitgescheiden. Het gebruik van Praluent wordt niet aangeraden bij vrouwen die borstvoeding geven tijdens deze periode. Voor de resterende duur van de borstvoeding wordt verwacht dat blootstelling laag is. Omdat de effecten van alirocumab op het ongeboren kind niet bekend zijn, moet er worden besloten of borstvoeding moet worden gestaakt of dat behandeling met Praluent moet worden gestaakt dan wel niet moet worden ingesteld, waarbij het voordeel van borstvoeding voor het kind en het voordeel van behandeling voor de vrouw in overweging moeten worden genomen.

Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren

Bewaren in de koelkast (2°C tot 8°C). Niet in de vriezer bewaren. Praluent kan buiten de koelkast (beneden 25°C) beschut tegen licht voor een eenmalige periode van maximaal 30 dagen bewaard worden. Nadat het uit de koelkast is gehaald, moet het geneesmiddel gebruikt worden binnen 30 dagen of worden afgevoerd.

Pen bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.

Terugbetalingsvoorwaarden

Komen in aanmerking voor een terugbetaling Praluent in categorie Af:

Volwassen patiënten met heterozygote familiale hypercholesterolemie (HeFH), gedefinieerd door een score > 8 punten op de Dutch Lipid Clinical Network Criteria (DLCN) for the diagnosis of HeFH, die ondanks een behandeling met ezetimibe in combinatie met een maximaal verdraagbare dosis van een statine of met ezetimibe zonder statine (in geval van statine intolerantie of contra-indicatie)

LDL-C ≥ 100 mg/dl indien voorgeschiedenis van een acuut coronair syndroom

LDL-C ≥ 130 mg/dl zonder voorgeschiedenis van een acuut coronair syndroom

Praluent wordt steeds toegevoegd aan de huidige lipidenverlagende therapie.

De arts-specialist in cardiologie of inwendige geneeskunde kan een aanvraag tot terugbetaling Praluent indienen.

De eerste aanvraag tot terugbetaling heeft een geldigheidsduur van 48 weken na dewelke telkens een aanvraag voor een nieuwe periode van 48 weken kan ingediend worden.

Injectie-instructie van de patiënt

De artsen die de aanvraag tot terugbetaling van Praluent kunnen indienen, hebben een DEMOKIT ter beschikking om de injectie aan de hand van een demopen aan de patiënt uit te leggen.

Ondersteuning van de patiënt tijdens zijn behandeling met Praluent

o STARTPAKKET: bij de start van de behandeling krijgt de patiënt van zijn arts een koeltas met een injectiefolder, alcoholdoekjes, gaasjes en een naaldcontainer

o INJECTIEVIDEO: de patiënt kan de injectie van Praluent bekijken op www.praluent-injection.be

o OPTIPHONE: voor alle vragen over de pen of het gebruik ervan kan de patiënt terecht op het nummer 0800-570.39

o OPVOLGBOEKJE: een boekje waarin de patiënt de injectiedata, de dosis, de injectieplaats en zijn opvolgafspraken kan noteren

o GIDS VOOR FAMILIALE HYPERCHOLESTEROLEMIE

Gebruik

De gebruikelijke startdosering voor Praluent is 75 mg, om de 2 weken subcutaan toegediend. Patiënten die een sterkere LDL-C-verlaging (>60%) nodig hebben, kunnen beginnen met 150 mg, om de 2 weken, of 300 mg om de 4 weken (maandelijks), subcutaan toegediend.

De dosering van Praluent kan worden aangepast op basis van individuele patiëntkenmerken, zoals baseline LDL-C-waarde, behandeldoel en respons. De lipidenconcentraties kunnen 4 tot 8 weken na aanvang van de behandeling of aanpassing van de dosering worden beoordeeld. Daarna kan de dosering dienovereenkomstig worden aangepast (titratie omhoog of omlaag). Wanneer bijkomende LDL-C verlaging nodig is bij patiënten met 75 mg om de 2 weken of 300 mg om de 4 weken (maandelijks), kan de dosering aangepast worden tot de maximale dosering van 150 mg om de 2 weken.

Indien een dosis Praluent wordt gemist, dient de patiënt de injectie zo spoedig mogelijk toe te dienen en daarna de behandeling te hervatten volgens het originele schema.

Wijze van toediening: Subcutaan gebruik

  • Praluent wordt geïnjecteerd als subcutane injectie in de dij, buik of bovenarm.

  • Om de 300 mg dosis toe te dienen, geef 2 opeenvolgende injecties van 150 mg op twee verschillende injectieplaatsen.

  • Het wordt aanbevolen om bij elke injectie van injectieplaats te wisselen.

  • Praluent mag niet worden geïnjecteerd in gebieden met een actieve huidaandoening of letsel zoals zonnebrand, huiduitslag, ontsteking of huidinfecties.

  • Praluent mag niet gelijktijdig met andere injecteerbare geneesmiddelen worden toegediend op dezelfde injectieplaats.

  • Praluent kan door de patiënt zelf of door een verzorger worden geïnjecteerd, nadat door een zorgverlener instructies over de juiste subcutane injectietechniek zijn gegeven.

Vóór gebruik te nemen voorzorgsmaatregelen:

  • Laat Praluent voorafgaand aan gebruik opwarmen tot kamertemperatuur

Elke voorgevulde pen is voor éénmalig gebruik.

Samenstelling

Elke voorgevulde pen voor eenmalig gebruik bevat 150 mg alirocumab in 1 ml oplossing.

Indicatie

Praluent is geïndiceerd bij volwassenen met primaire hypercholesterolemie (heterozygoot familiair en niet-familiair) of gemengde dyslipidemie, ter aanvulling op een dieet:

  • in combinatie met een statine of een statine met andere lipidenverlagende therapieën bij patiënten bij wie de LDL-C-streefwaarden niet bereikt worden met maximaal verdraagbare doseringen van een statine of
  • alleen of in combinatie met andere lipidenverlagende therapieën bij patiënten die statine-intolerant zijn, of voor wie een statine gecontra-indiceerd is.

Het effect van Praluent op cardiovasculaire morbiditeit en mortaliteit is nog niet vastgesteld.

Contra indicatie

Overgevoeligheid voor

  • de werkzame stof, alirocumab of

  • voor een van de vermelde hulpstoffen: histidine, sucrose, polysorbaat 20, water voor injecties.

Gegevens
CNK3365111
FabrikantenSanofi
Breedte65 mm
Lengte160 mm
Diepte38 mm
Hoeveelheid verpakking2 voorgevulde pennen voor éénmalig gebruik.
Kenmerken

Farmacokinetische eigenschappen

Absorptie

Na subcutane toediening van 50 mg tot 300 mg alirocumab was de mediane tijd tot het bereiken van de maximale serumconcentratie (tmax) 3-7 dagen.

De farmacokinetiek van alirocumab na eenmalige subcutane toediening van 75 mg in de buik, bovenarm of dij was vergelijkbaar.

De via populatiefarmacokinetische analyse bepaalde absolute biologische beschikbaarheid van alirocumab na subcutane toediening was ongeveer 85%. Maandelijkse blootstelling met 300 mg om de 4 weken behandeling was vergelijkbaar met die van 150 mg om de 2 weken. De fluctuaties tussen Cmax en Ctrough waren groter voor het doseringsregime om de 4 weken.

Steady state werd na 2 tot 3 doses bereikt, met een accumulatieratio tot maximaal 2-voudig.

Distributie

Na intraveneuze toediening was het distributievolume ongeveer 0,04 tot 0,05 l/kg, wat erop wijst dat alirocumab voornamelijk in het circulatiesysteem wordt verdeeld.

Biotransformatie

Omdat alirocumab een eiwit is, werden geen specifieke metabolisme-onderzoeken uitgevoerd. Van alirocumab wordt verwacht dat het tot kleine peptiden en afzonderlijke aminozuren wordt afgebroken.

Eliminatie

Er werden twee eliminatiefases waargenomen voor alirocumab. Bij lage concentraties vindt de eliminatie voornamelijk via verzadigbare binding aan het doelwit (PCSK9) plaats, terwijl bij hogere concentraties de eliminatie van alirocumab grotendeels via een onverzadigbare proteolytische route plaatsvindt.

Op basis van een populatiefarmacokinetische analyse was de mediane schijnbare halfwaardetijd van alirocumab bij steady state 17 tot 20 dagen bij patiënten die alirocumab als monotherapie kregen in subcutane doses van 75 mg om de 2 weken of 150 mg om de 2 weken. Bij gelijktijdige toediening met een statine was de mediane schijnbare halfwaardetijd van alirocumab 12 dagen.

Lineariteit/non-lineariteit

Er werd een iets grotere dan dosisproportionele stijging waargenomen, met een 2,1- tot 2,7-voudige stijging in totale alirocumabconcentratie bij een 2-voudige stijging in dosis van 75 mg naar 150 mg om de 2 weken.

Farmacokinetische/farmacodynamische relatie(s)

Het farmacodynamische effect van alirocumab in het verlagen van LDL-C is indirect en wordt teweeggebracht door de binding aan PCSK9. Er wordt een concentratie-afhankelijke afname van vrij PCSK9 en LDL-C waargenomen totdat doelwitverzadiging wordt bereikt. Na verzadiging van de PCSK9-binding resulteren verdere stijgingen van de alirocumabconcentratie niet in een verdere LDL-C-verlaging. Er wordt echter wel een verlengde duur van het LDL-C-verlagende effect waargenomen.

Bijsluiter